Finse finalisten Eurovisiesongfestival zingen over discriminatie tegen verstandelijk gehandicapten – vanuit hun eigen ervaringen

Pertti Kurikan Nimipäivät playing at Helsinki Punk Fest Vol 3. 14/1/2011. Photo by Flickr user Tomi Tirkkonen. CC BY-NC-SA 2.0

Het optreden van Pertti Kurikan Nimipäivät op de derde editie van het Helsinki Punk Fest op 14 januari 2011. Foto door Flickr-gebruiker Tomi Tirkkonen. CC BY-NC-SA 2.0

Dit artikel is, evenals een gelijknamig radioverslag door Rae Ellen Bichell [en – alle links] voor The World, oorspronkelijk verschenen op PRI.org op 3 maart 2015. Het wordt hier nogmaals gepubliceerd als onderdeel van een overeenkomst tot uitwisseling van content.

Gladiatoren gekleed in lederen lendendoeken, een techno-operazanger die eruit zag als Marie-Antoinette op weg naar een nachtclub en blonde mannen met tulbanden dansend op Bhangra-muziek. Dit waren slechts enkele van de acts die zaterdag om de eer streden Finland te mogen vertegenwoordigen op het Eurovisiesongfestival.

‘Het lijkt een beetje op de Miss Universe-verkiezing, alleen worden er liedjes in plaats van meisjes ingezonden’, zegt John O’Connor, die een aantal boeken schreef over de wedstrijd die dit jaar zijn zestigste jubileum kent.

Zo’n 180 miljoen kijkers zitten ieder jaar voor de buis om naar de flamboyante Eurovisieparade te kijken. De winnaar van vorig jaar was Conchita Wurst, een Oostenrijkse diva met een volle baard.

Van alle vreemde snuiters die meededen aan de nationale finale in Finland, lukte het één groep erbovenuit te springen: Pertti Kurikan Nimipäivät, afgekort PKN. Een punkrockband.

Terwijl hun tegenstanders druk waren met het schikken van toga’s en kapsels, zaten de vier PKN-mannen van middelbare leeftijd rustig backstage. Een van hen friemelde aan zijn jack waarbij hij een sissend geluid maakte.

‘We zijn verstandelijk gehandicapt’, zegt Sami Helle, de bassist van de band. De PKN-leden hebben stuk voor stuk een geestelijke beperking, waaronder het downsyndroom en het Williams-syndroom.

Kari Aalto is de zanger en tekstschrijver van de band. Hij haalt inspiratie uit zijn frustraties over het dagelijkse leven. Toni Välitalo heeft een spraakprobleem, maar hij voelt zich in zijn element achter zijn drumstel. En Pertti Kurikka, de gitarist en oprichter van de band, heeft een talent voor het spelen van gitaarrifjes.

De mannen ontmoetten elkaar zes jaar geleden tijdens een muziekworkshop voor volwassenen met een leerprobleem. Sinds die tijd gaan ze in hun liedjes tekeer over onderwerpen als politieke discriminatie en het knippen van hun teennagels, een wekelijkse activiteit in hun woongroep waar Aalto een ontzettende hekel aan heeft.

‘Ik hou niet van dat… klip klip klip’, zegt Aalto terwijl hij het geluid van een nagelschaartje maakt.

Een greep uit de titels van hun liedjes zijn ‘Ik haat de wereld’, ‘Spraakgebrek’ en ‘De politiek verraad ons’.

De band heeft door Europa getoerd en stond vorig jaar zelfs op het ‘South by Southwest’-festival in Austin om de bekroonde documentaire ‘The Punk Syndrome’ die over hen werd gemaakt te promoten. Een volgende film is inmiddels in de maak.

‘We zijn net als iedereen’, zegt Helle. ‘We maken gewoon muziek, dat vinden we geweldig. En daarnaast doen we gewoon ons werk.’

Het optreden van PKN stond afgelopen zaterdag in de line-up tussen een pop-act met lachende dansers en een op Spartacus geïnspireerde rock-act vol vuureffecten. Toen zij aan de beurt waren om hun liedje ‘Aina Mun Pitää’ (Ik moet altijd) te vertolken, kwamen er geen flitsende kleding of achtergronddansers aan te pas.

‘Maar’, zegt Helle, ‘we hebben een mistmachine, dat is al iets’. Helle droeg zijn karakteristieke leren jack waar achterop met een zwarte stift de naam van zijn favoriete band, Whitesnake, staat geschreven. De andere bandleden droegen leren jacks vol met patches en metalen spikes. De leadzanger stak een anderhalve minuut durende tirade af over de dagelijkse klusjes die hij moet doen, zoals schoonmaken, en over de dingen die hij graag wil maar niet mag, zoals snoepen. Ze stonden haast bewegingloos op het podium.

Het gekke is dat de band er uiteindelijk met de overwinning vandoor ging. De jury, die onder andere bestond uit muzikanten, taxichauffeurs en kinderen, gaf de voorkeur aan een boyband met een aanstekelijk liedje over relaties. Maar de kijkers die hun stem telefonisch uitbrachten gaven de doorslag. Hun stemmen telden namelijk voor 90 procent van de totale score.

In de aanloop naar de finale waren er al waarnemers die PKN als favoriet aanwezen, maar voor sommigen kwam hun overwinning toch als een verrassing.

‘Ik vond het afschuwelijk’, zegt John O’Connor. ‘Ik vond dit zonder uitzondering het slechtste Eurovisieliedje dat ik ooit heb gehoord’.

Maar net zoals bij de vele fans die op PKN hebben gestemd, veranderde zijn mening toen hij het verhaal achter deze band hoorde.

‘Het was pas later toen ik de krantenkoppen las, dat het allemaal op zijn plaats viel. Ik begreep waarom dit liedje in de smaak viel bij het publiek’, zegt hij. ‘En toen begreep ik waarom het had gewonnen.’

Hij voegt eraan toe dat het, gezien de Finse historie op het Eurovisiesongfestival, niet heel verrassend is dat PKN heeft gewonnen.

‘Finland kiest vaak voor onconventionele acts’, zegt O’Connor. ‘Het is het eerste land dat reggae op het festival introduceerde. Dat gebeurde in 1981 met een blanke, blonde Rod Stewart lookalike en het was niet om aan te horen’.

Het jaar daarop kreeg het land nul punten voor een liedje over nucleaire neerslag.

In de halve eeuw waarin Finland meedoet aan het Eurovisiesongfestival, zijn ze er één keer met de overwinning vandoor gegaan. Dat was met Lordi, een hardrock- en heavy-metalband uitgedost als monsters. ‘Ze doen altijd dit soort duistere dingen’, merkt O’Connor op.

Er zijn critici die zeggen dat PKN heeft gewonnen uit medelijden. Maar Jon Ola Sand, Executive Supervisor van het Eurovisiesongfestival, zegt dat de deelname van deze band net zo gerechtvaardigd is als van iedere andere act. ‘Het zijn eerlijke punkrockers die niet proberen om het publiek in te pakken met ingewikkelde melodieën en danspasjes’, zegt hij. ‘Hun liedje is pure hardcore punk. En gezien hun achtergrond en situatie zijn zij natuurlijk totaal uniek.’

De bandleden vierden hun overwinning zaterdag met tranen in hun ogen en de gouden confetti aan hun leren jacks geplakt. Helle’s stem brak toen hij en Aalto ‘We are the champions’ schreeuwden.

Helle zegt dat de band niets aan zijn optreden zal veranderen voor de halve finale die in mei in Wenen plaatsvindt, behalve dat er misschien wat meer mist aan te pas zal komen.

Start een discussie

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.