Mijn liefde voor voetbal en Bolivia

Bolivia-Peru in het Hernando Siles Stadion in La Paz - Foto van Eddie Avila

Een wedstrijd tussen Bolivia en Peru in het Hernando Siles Stadion in La Paz – Foto van Eddie Avila.

Het was 1994 en Bolivia had zich zojuist geplaatst voor het eerste en tot nu toe enige WK-optreden in zijn geschiedenis. Daarbij kwam nog dat dit exclusieve sportfestijn zich afspeelde in mijn eigen achtertuin. Het eigen nationale team zo ver zien komen was de droom van elke Boliviaanse voetbalfan. Toch? Er was echter een klein probleempje: het was niet mijn nationale team. Nog niet.

Ik geef het toe. Voor iemand als ik die in de Verenigde Staten is opgegroeid, als zoon van Boliviaanse immigranten, was voetbal – of soccer, zoals het heet in de VS – in mijn jeugd geen erg interessante sport. Ik speelde na schooltijd liever basketbal met mijn vrienden. Op zondagochtend, terwijl mijn vader naar de Mexicaanse voetbalcompetitie keek op een Spaanstalige zender, waarbij altijd het vertrouwde ‘GOOOOOOOOOL!!!’ van commentator Andrés Cantor [en] door het huis galmde, keken mijn broer en ik naar American football op de andere tv. In onze straat speelde niemand op zaterdagmiddag een potje voetbal met een zwart-wit geblokte bal. We waren de enige Boliviaanse familie in ons stadje in Kansas, dus het was logisch dat voetbal geen grote rol speelde in mijn jonge jaren.

Toen de kaartverkoop voor het Wereldkampioenschap voetbal in de Verenigde Staten van start ging, was mijn vader al volledig op de hoogte van het kaartverkoopsysteem. Hij wist precies welke tijden en routes hij moest kiezen om zoveel mogelijk wedstrijden te kunnen zien in Dallas, de dichtstbijzijnde stad. Hij bleef vragen of ik met hem mee wilde, maar ik had wel iets beters te doen. Uiteindelijk stemde ik toe voor een van de laatste wedstrijden in de eerste ronde, toch wel nieuwsgierig naar alle ophef. Met kaartjes in ons bezit togen we naar Dallas voor de wedstrijd Argentinië – Bulgarije.

De meeste voetbalfans die zich die dag in het Cotton Bowl-stadion van Dallas bevonden, waren eerste- of tweedegeneratie-immigranten die de kans om hun nationale team zo dicht bij huis te zien spelen met beide handen aanpakten. Voor hen was voetbal de toegangspoort naar een stukje vertrouwdheid in hun nieuwe vaderland. Voor, tijdens en na de wedstrijd keek ik heel goed om me heen, om zoveel mogelijk kleuren en geluiden uit de multiculturele menigte te absorberen. Toen het eindsignaal klonk, en Bulgarije met 2-0 had gewonnen, had de zogenaamde ‘Beautiful Game’ [en] er een nieuwe fan bij.

In de tien jaar die volgden ging ik steeds vaker en langer naar Bolivia, en leerde ik min of meer hoe het was om Boliviaan te zijn. Ik haalde verloren tijd in. Ik ontmoette voor het eerst leden van mijn omvangrijke familie, boog me over oude foto’s en hoorde verhalen over de diensttijd van mijn grootvader die had gevochten in de Chaco-oorlog. En ik ging opeens verbanden zien tussen het voedsel en de culturele uitingen die in ons Boliviaans-Amerikaanse gezin in Kansas doodgewoon waren, en hun land van oorsprong.

Maar het was vooral voetbal waardoor ik mijn leven tussen twee culturen en nationaliteiten leerde begrijpen. Het speelde tevens een belangrijke rol in mijn bewustwording dat Bolivia ook mijn land was toen ik me er in 2007 permanent vestigde, ook al was mijn jeugd nogal anders verlopen dan die van mijn familie en vrienden daar.

Veel van de herinneringen die ik heb aan mijn reizen van en naar Bolivia hebben met voetbal te maken. De meeste wedstrijden van het nationale elftal worden op 3600 meter boven zeeniveau gespeeld in La Paz, en ik ging vaak van Cochabamba, waar mijn familie vandaan komt, even op en neer om naar een WK-kwalificatiewedstrijd te kijken. Ik nam dan een nachtbus ernaartoe, bezocht de wedstrijd en ging met de volgende nachtbus terug. En dat allemaal om het thuisspelende team aan te moedigen, in de hoop dat ze nog eens zouden spelen op ’s werelds belangrijkste voetbalpodium.

Deze reisjes leken erg op die van mijn vader toen hij zo oud was als ik. Een populair verhaal in onze familie is dat hij eens in een karavaan nachtbussen naar La Paz reisde om een glimp op te vangen van de wellicht allerbeste speler ooit, toen Santos FC, de club van de Braziliaanse ster Pelé, moest spelen tegen het Boliviaanse Deportivo Municipal [en].

Ik kan me ook nog herinneren hoe de stad werd overspoeld door voetbalfans vanwege het nationaal kampioenschap van de lokale club Jorge Wilstermann (genoemd naar de eerste professionele piloot van Bolivia). En het moet een gigantisch feest zijn geweest toen Bolivia in 1993 zijn deelname aan het WK zeker stelde met een gelijkspel in Quito. Alles wat ik weet van die dag komt van mijn neven, die nu nog praten over de jubelstemming en de nationale feestdagen die volgden op de geweldige prestatie. De verpletterende 6-1 nederlaag [en] die Bolivia voetbalgrootmacht Argentinië – inclusief sterren als Messi en Tévez – onlangs toebracht, gaf me voor even weer het gevoel dat in voetbal alles mogelijk is.

Aan de minder aantrekkelijke aspecten van het Boliviaanse voetbal, zoals het geweld tussen rivaliserende fans en de agressie richting scheidsrechters en spelers die niet goed presteren, kan ik niet wennen. Maar toch kan ik me niet voorstellen hoe mijn verhuizing en de aanpassing aan het leven in Bolivia geweest zouden zijn zonder voetbal.

bolivia_shirt

“Ik kan me niet voorstellen hoe mijn verhuizing en de aanpassing aan het leven in Bolivia geweest zouden zijn zonder voetbal.”

In 2010 had ik het geluk dat ik naar Zuid-Afrika kon gaan voor het WK. Ook daar trad ik in de voetsporen van mijn vader en zocht de optimale weg door het kaartverkoopsysteem om zoveel mogelijk wedstrijden te kunnen zien. In Zuid-Afrika vond ik het heerlijk om deel uit te maken van een grote groep fans uit de hele wereld die door sport trots waren op hun land. Ik moest me echter tevredenstellen met dagdromen over het Boliviaans elftal dat uit de spelerstunnel het veld opliep, of om met kippenvel het volkslied door het stadion te horen schallen.

De kwalificatieronden voor het komende WK lopen ten einde en Bolivia is maanden geleden al uitgeschakeld. Nu moeten we een paar jaar vooruit kijken, naar de kwalificatiewedstrijden voor het WK-toernooi van 2018 in Rusland.

Als Bolivia ooit weer meedoet aan een WK zet ik zeker al mijn kaartjeskoopvaardigheden in om een plaats op de eerste rij te bemachtigen. En als ik het niet meer mag meemaken ben ik nog steeds dankbaarheid verschuldigd aan de sport die mij heeft verwelkomd in mijn nieuwe land en me heeft laten thuis voelen tussen miljoenen Bolivianen die dezelfde hoop koesteren, niet alleen voor ons nationale elftal, maar voor ons land.

Eddie Avila woont in de Boliviaanse stad Cochabamba en hoopt in 2014 het WK voetbal in Brazilië te kunnen bijwonen.

Start een discussie

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.