Straffeloosheid wint het van rechtsstaat in Guinee

Guinee was in 1958 de eerste Franse kolonie ten zuiden van de Sahara die onafhankelijk werd. Van september 1958 tot april 1984 vormde een als revolutionair omschreven macht het land om in een enorme openluchtgevangenis waar onschuldigen gearresteerd, gemarteld, in de gevangenis gegooid en vermoord werden. In 2010 kwam de hoogleraar in de rechten Alpha Condé aan de macht na verkiezingen die gekenmerkt werden door etnische botsingen en geweld van de veiligheidstroepen.

Een geschiedenis van straffeloosheid 

Professor Tierno Siradiou Bah, een historicus uit Guinee en de directeur van het Camp Boiro Internet Memorial, schreef [en] op zijn blog:

Willekeurige arrestaties, opsluitingen, marteling, schijnprocessen en executies werden gemeengoed. Militaire barakken werden dententiecentra en executieplekken waar duizenden politieke gevangenen verdwenen. Het land zelf werd een gevangenis. Iedereen, inclusief kinderen en ouderen, werd een mogelijk doelwit van de ‘revolutionaire’ geheime politie. De terreur bereikte in 1976 een hoogtepunt toen Sekou Touré [fr] in een aantal provocerende en destructieve toespraken opriep tot gewapende strijd en genocide jegens de grootste etnische group, de Fulbe [fr]. De Kamp Boiro barakken van de nationale garde in het centrum van Conakry vormden het epicentrum van de Guinese Goelag. Geschat wordt dat daar meer dan 50.000 politieke gevangenen zijn verdwenen. De zuiveringen richtten zich op de hoogst opgeleide inwoners van het land, maar ook op ondernemers, vakbondsleiders, vrouwen…

The army in Guinea via Abdoulaye Bah's article from October 2, 2011.

Het leger van Guinee, uit het artikel van 2 oktober 2011 door Abdoulaye Bah (CC-license-NC-2.0)

Van Sékou Touré tot heden

Sinds de dood van Touré hebben andere dictators de macht gehad in het land. Ook zij onderwierpen onder verschillende voorwendselen de burgers aan buitengerechtelijk geweld: vakbonds- en studentendemonstraties, protesten van vrouwen tegen de slechte levensomstandigheden en kosten van levensonderhoud, enz.

Samen met talloze militante Guinese mensenrechtenorganisaties, voerde ACAT Frankrijk [Christelijke Actie voor het Afschaffen van Marteling] in 2011 een onderzoek in het hele land uit en publiceerde onder de titel “Marteling: Macht is Wet” een studie over marteling in Guinee. Na dit onderzoek zette ACAT Frankrijk “Guinee: Stop de marteling” [fr] op, een online petitie die nog tot 31 december duurt en gericht is aan president Alpha Condé. Daarin staat [fr]:

[…] la torture reste une pratique courante dans le pays, que ce soit à l’encontre de détenus de droit commun, à l’occasion de répressions de manifestations ou pour sanctionner les militaires suspectés de sédition. Dans un contexte politique qui reste tendu, les autorités feront-elles le choix de rétablir l’état de droit ou de laisser prévaloir l’impunité ?

[…] marteling komt nog steeds veel voor in het land, marteling van reguliere gevangenen, bij het onderdrukken van demonstraties of bij het straffen van soldaten die verdacht worden van muiterij. Kiezen de autoriteiten er in een voortdurend gespannen politieke situatie voor om de rechtsstaat te herstellen of geven ze de overhand aan straffeloosheid?

Het meest beruchte voorbeeld van zulk geweld, dat ook internationaal de aandacht trok, zijn de massamoorden die plaatsvonden op 28 september 2009 en de dagen daarna. Amnesty International noemt de feiten [fr] op zijn website:

Le 28 septembre 2009, les forces de sécurité guinéennes avaient abattu plus de 150 manifestants non armés durant un rassemblement de l’opposition dans ce même stade. Plus de 40 femmes avaient été violées en public, au moins 1 500 personnes avaient été blessées et beaucoup d’autres avaient disparu.

Op 28 september 2009 werden ruim 150 ongewapende demonstranten tijdens een oppositieprotest door Guinese veiligheidstroepen vermoord. Ruim veertig vrouwen werden in het openbaar verkracht, minstens 1500 mensen raakten gewond en vele anderen verdwenen.

Nathalie Zajde, docent aan de Université de Paris VIII en hoofd van de psychosociale afdeling van het Centrum voor Moeder en Kind in Conakry, schreef [fr] ter gelegenheid van de tweede gedenkdag van het bloedbad van 28 september op de website van de Franse krant Le Monde:

Je ne sais si Mme Nafissatou Diallo a été ou non victime de violences sexuelles à l'hôtel Sofitel de New York en mai. En revanche, je sais, et nous sommes très nombreux à en avoir les preuves, que plus de 100 femmes guinéennes, dont une majorité de Peules, ont été le 28 septembre 2009 et les jours qui ont suivi, victimes de viols atroces et de tortures commis par des militaires, gendarmes et responsables politiques guinéens dont certains clairement identifiés, et qu'à ce jour, exactement deux ans après les terribles événements, aucun n'a été arrêté, ni même convoqué par des juges.

Ik weet niet of Nafissatou Diallo [fr] in mei het slachtoffer was van seksueel geweld in het Sofitelhotel in New York. Maar ik weet wel, en velen van ons hebben daar bewijzen voor, dat ruim honderd Guinese vrouwen, het merendeel Fulani, op 28 september 2009 en de dagen daarna het slachtoffer waren van verkrachting en marteling door Guinese soldaten, politieagenten en politici. Sommigen van deze daders zijn bekend, maar tot op de dag van vandaag, precies twee jaar na deze afschuwelijke gebeurtenissen, is geen enkele van hen gearresteerd of door een rechtbank berecht.

Straffeloosheid heerst ook nu nog 

Zowel de Verenigde Naties als Human Rights Watch (HRW) hebben een onderzoeksmissie naar Guinee gestuurd om de omvang van het geweld vast te stellen en een lijst op te stellen van de verantwoordelijken.

In 2011 schreef [en] HRW:

Twee jaar nadat Guinese veiligheidstroepen ongewapende demonstranten neerschoten tijdens een oppositierally in de hoofdstad Conakry, is daarvoor nog niemand verantwoordelijk gesteld, zo verklaarde Human Rights Watch vandaag. De Guinese autoriteiten moeten meer doen om gerechtigheid te garanderen voor de slachtoffers van het bloedbad op 28 september 2009.

Volgens de Internationale Federatie voor de Mensenrechten (FIDH) en de Guinese Organisatie ter Verdediging van de Mensenrechten (OGDH) heeft de onderzoekscommissie van de VN zijn rapport [fr] in juli 2012 aan de Veiligheidsraad voorgelegd. In het rapport werd erkend dat sprake was van een misdaad tegen de menselijkheid en er werd opgeroepen om de zaak naar het Internationaal Strafhof te verwijzen.

Geen van de leidinggevenden van de veiligheidstroepen tijdens het geweld is ondervraagd. De OGDH stelt [fr]:

Nous assistons impuissants à la promotion de certains présumés auteurs de la barbarie à de hautes fonctions civiles et militaires.

Wij staan machteloos tegenover de promotie naar hoge posities in leger en overheid van bepaalde personen die verdacht worden van barbaarse praktijken.

Een van degenen die destijds een machtspositie bekleedde in het leger en door president Alpha Condé is bevorderd, is luitenant-kolonel Tiégboro Camara, in februari aangeklaagd [fr] door de Guinese rechtbank. Hij werd bevorderd [fr] tot Secretaris-Generaal met de rank van minister belast met de veiligheidsdiensten en de strijd tegen drugs en de georganiseerde misdaad.

Het meest recente geweld vond plaats op 9 november 2012, toen Aissatou Boiro werd neergeschoten nadat ze een onderzoek van corruptie op hoog niveau had afgerond. Zij was op weg naar huis toen haar auto door gewapende mannen werd klemgereden en ze op klaarlichte dag neergeschoten werd. Een artikel op de website van HRW stelt [en]:

De mannen stapten uit een andere auto die de auto van Aissatou Boiro klemgezet had en ze schoten tweemaal op het slachtoffer. Familie en vrienden van Boiro hebben bevestigd dat ze eerder met de dood bedreigd was […]

Haar collega's vertelden HRW dat ze bezig was met een onderzoek naar vermoedelijke verduistering van ruim dertien miljoen Guinese francs uit de staatskas (1,8 miljoen US dollar).

1 reactie

  • d.houwing

    Het artikel heb ik met interesse gelezen. Pijnlijk hoe de mensenrechten c.q vrouwenrechten met voeten worden getreden. Anderzijds vraag ik me af hoe het met andere groepen gaat in Guinée Conakry, zoals de homosexuelen. Ook daar zou ik graag meer over willen weten.

Discussieer mee

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.