Noorwegen: Ooggetuigenverslag van het bloedbad in Utøya

De wereld is geschokt na de massamoord op ten minste 85 deelnemers aan een politiek jongerenkamp op het eiland Utøya in Noorwegen, op vrijdagavond 22 juli 2011. De moordenaar, inmiddels geïdentificeerd als Anders Behring Breivik, deed zich voor als politieagent, waarna hij het vuur opende op iedereen die om hem heen stond en jacht maakte op degenen die het water in vluchtten. Breivik is ook de belangrijkste verdachte van een bomaanslag in Oslo een paar uur eerder, waarbij zeven mensen omkwamen en grote schade werd aangebracht aan regeringsgebouwen.

Het zomerkamp in Utøya [no] is een jaarlijks evenement van de AUF (Arbejdernes Ungdomsfylking) [no], de jongerenafdeling van de Noorse Arbeiderspartij. Jongeren uit het hele land komen hier samen om te discussiëren over politiek, naar muziek te luisteren, te sporten en toespraken bij te wonen van (voormalige) politici. Utøya ligt op bijna een uur rijden van het centrum van Oslo. Eerder op de dag, voordat de schutter op het eiland aankwam, bleek uit de Twitterfeed van de AUF [no] en de hashtag #Utøya dat zo'n 700 deelnemers discussieerden over het milieu, vrouwenrechten en de situatie in het Midden-Oosten [no]. Het regende, maar de sfeer was prima [no]. Het Twitter-account viel later stil.

Prableen Kaur

Prableen Kaur

Verslag van een overlevende

Zaterdag publiceerde Prableen Kaur, een 23-jarige lokale politica en jongerenleider uit Oslo, op haar blog een verslag in het Noors van wat ze had meegemaakt [no]. Ze vluchtte weg van de moordenaar en overleefde het bloedbad, en maakte gebruik van haar mobiele telefoon, Twitter en Facebook om haar familie en vrienden te laten weten dat ze nog leefde. De Britse krant The Telegraph vertaalde zaterdag het hele verslag in het Engels [en]. Honderden mensen hebben een reactie achtergelaten op de blog van Kaur waarin ze hun steun betuigen en haar het beste wensen.

Hier volgen een aantal fragmenten uit haar traumatische verhaal:

Jeg har våknet. Jeg klarer ikke å sove mer. Jeg sitter i stuen. Føler sorg, sinne, lykke, Gud jeg vet ikke hva. Det er for mange følelser. Det er for mange tanker. Jeg er redd. Jeg reagerer på hver minste lyd. Jeg vil nå skrive om hva som skjedde på Utøya. Hva mine øyne så, hva jeg følte, hva jeg gjorde.

Ik werd wakker. Ik kan niet meer slapen. Ik zit in de woonkamer. Ik voel verdriet, boosheid, geluk, God, ik weet niet wat ik voel. Er zijn te veel emoties. Te veel gedachten. Ik ben bang. Ik schrik van het minste geluid. Ik wil schrijven over wat er is gebeurd op Utøya. Wat mijn ogen zagen, wat ik voelde, wat ik deed.

Vi hadde hatt krisemøte i hovedbygget etter eksplosjonene i Oslo. Etter det var det et eget møte for medlemmene fra Akershus og Oslo. Etter møtene befant mange, mange seg rundt og i hovedbygget. Vi trøstet oss med at vi var trygge på en øy. Ingen hadde visst at helvete ville bryte ut hos oss også.

We hadden een crisisvergadering in het hoofdgebouw na de explosies in Oslo. Daarna was er een vergadering voor de leden uit Akershus en Oslo. Na de vergadering bevonden zich veel, heel veel mensen in en rond het hoofdgebouw. We troostten elkaar dat we veilig waren op een eiland. Niemand kon toen nog vermoeden dat ook daar de hel zou losbreken.

Kaur beschrijft de verwarring en ontzetting toen de mensen om haar heen de schoten hoorden en naar een achterkamer renden, waar ze dekking zochten op de vloer. Mensen begonnen uit het raam te springen terwijl de schoten aanhielden, en ze beschrijft haar angst dat ze, als laatste persoon die uit het raam sprong, zou worden gedood. Ze herstelde zich van een harde landing en rende verder het bos in. Ze belde huilend haar moeder en zei tegen haar dat ze niet wist of ze dit zou overleven.

Op dat moment plaatste ze het volgende bericht op Twitter:

@PrableenKaur: Jeg lever foreløpig.

@PrableenKaur: Ik leef nog.

Haar verhaal gaat verder:

Folk hoppet ut i vannet, begynte å svømme. Jeg ble liggende. Jeg bestemte meg for at hvis han kom, skulle jeg spille død. Jeg skulle ikke løpe eller svømme. Jeg kan ikke beskrive frykten, alle tankene, det jeg følte.

En man kom. ”Jeg er fra politiet.” Jeg ble liggende. Noen skrek tilbake at han måtte bevise det. Jeg husker ikke helt hva ham sa, men morderen begynte å skyte. Han ladet. Skjøt mer. Han skjøt de rundt meg. Jeg ble liggende. Jeg tenke: ”Nå er det over. Han er her. Han tar meg. Nå dør jeg.” Folk skrek. Jeg hørte at andre ble skutt. Andre hoppet ut i vannet. Jeg lå der. Mobilen i hånden. Jeg lå oppå beina til en jente. To andre lå oppå mine bein. Jeg ble liggende. Det tikket inn tekstmeldinger. Mobilen ringte flere ganger. Jeg ble liggende. Jeg spilte død. Jeg lå der i minst en time. Det var helt stille. Jeg vred forsiktig på hodet for å se om jeg kunne se noen levende. Jeg så lik. Jeg så blod. Frykt. Jeg bestemte meg for å reise meg. Jeg hadde ligget oppå et lik. To lik lå på meg. Jeg hadde englevakt.

Mensen sprongen in het water en begonnen te zwemmen. Ik lag op de grond. Ik besloot dat als hij zou komen ik zou doen alsof ik dood was. Ik zou niet gaan rennen of zwemmen. De angst die mijn gedachten beheerste, wat ik voelde, dat kan ik niet beschrijven.

Er kwam een man aan. “Ik ben van de politie.” Ik lag daar. Sommigen riepen terug dat hij dat moest bewijzen. Ik weet niet meer precies wat hij zei, maar de moordenaar begon te schieten. Hij laadde zijn geweer. Hij schoot op de mensen om me heen. Ik lag daar nog steeds. Ik dacht: “Nu is het voorbij. Hij is hier. Hij gaat op me schieten. Ik ga dood.” Mensen gilden. Ik hoorde hoe anderen werden doodgeschoten. Weer anderen sprongen in het water. Ik was erbij. Met mijn mobiele telefoon in mijn hand lag ik op de benen van een meisje. Twee anderen lagen op mijn voeten. Ik lag daar nog steeds. De mobiele telefoon ging verschillende keren over. Ik lag er nog steeds. Ik deed alsof ik dood was. Ik lag daar zeker een uur. Het was doodstil. Ik draaide voorzichtig mijn hoofd om te zien of ik iemand zag die nog leefde. Ik keek om me heen. Ik zag bloed. Angst. Ik besloot op te staan. Ik had op een dood lichaam gelegen. Twee dode lichamen lagen op mij. Ik had een beschermengel.

Kaur wist niet of de schutter terug zou komen en besloot achter de anderen aan te zwemmen. Ze werd gered door een boot en op het vasteland stonden haar vader en broer haar op te wachten.

Op 21 juli had Kaur, onderweg naar het zomerkamp, getwitterd:

@PrableenKaur: Er på vei til Utøya – sommerens vakreste eventyr.

@PrableenKaur: Onderweg naar Utøya – het mooiste avontuur van de zomer.

In de laatste alinea van haar verslag van deze vreselijke dag schrijft ze:

Det har gått noen timer siden alt dette skjedde. Jeg er fortsatt i sjokk. Alt har ikke sunket inn. Jeg har sett lik av mine venner. Flere av vennene mine er savnet. Jeg er glad for at jeg kan svømme. Jeg er glad for at jeg lever. For at Gud passet på meg. Det er så mange følelser, så mange tanker. Jeg tenker på alle de pårørende. På alle jeg har mistet. På det helvete som er og var på øya. Sommerens vakreste eventyr er forvandlet til Norges verste mareritt.

Het is nu een paar uur geleden sinds dit allemaal is gebeurd. Ik ben nog steeds in shock. Het is allemaal nog niet tot me doorgedrongen. Ik heb de lijken van mijn vrienden gezien. Verschillende van mijn vrienden worden nog vermist. Ik ben blij dat ik kan zwemmen. Ik ben blij dat ik leef. Dat God voor me heeft gezorgd. Er zijn zoveel emoties, zoveel gedachten. Ik denk aan alle nabestaanden. Aan iedereen die ik ben verloren. Aan de hel die er op het eiland heerst en heerste. Het mooiste avontuur van de zomer is de ergste nachtmerrie van Noorwegen geworden.

Start een discussie

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.